Sherry - Van Jerez tot Sanlucar

Amontillado, Palo Cortado, Cream, Manzanilla en andere lijken ons een erg ingewikkeld taaltje. We proberen het te simplificeren. Even alles op een rijtje, waarbij we hopen de liefhebber een klare kijk mee te geven bij het proeven van al dat lekkers, zonder dat hij zich andere vragen gaat stellen.

Grof geschetst zijn er twee grote families in het Sherrygebeuren: de Fino’s en de  Oloroso’s.

HET MOMENT VAN OOGSTEN

De Palomino-druiven worden half september geoogst. Handmatig en zeer snel, zodat er weinig gevaar is voor oxidatie van de druiven die aan een buitentemperatuur van 45°C zijn blootgesteld. De rijpheid en suikerconcentratie moeten ten minste 10,5% vol garanderen. De rendementen draaien rondom de 75 hl/ha en dat met een densiteit van 3.500 à 3.800 stokken/ha.

DE WIJNBEREIDING

De druk bij het persen is niet te hoog. Het verkregen sap wordt snel naar roestvrijstalen tanks afgevoerd, waar het bij lage temperatuur, 22 à 24°C, vergist. De gisting start vanzelf dankzij de natuurlijke gisten die zich op de pel bevinden. Toch zijn er enkele wijnhuizen die eigen gist kweken om de vorming van de kaamgist te bevorderen en daarmee een eigen stijl in hun wijnen willen benadrukken. De wijnen halen 11 à 12% vol. Men tapt die onmiddellijk daarna over naar vaten van Amerikaanse eik. Sommigen vergisten direct in die vaten.

DE CLASSIFICATIE

In de maand december proeft men voor het eerst de nog niet geklaarde wijnen en klasseert die als Fino of Oloroso. Elk vat wordt met krijt gemerkt:

1 streep (raya) = een zuivere wijn, lichtvoetig en vooral afkomstig van witte mergelbodem (“albarisa). Deze wijn wordt bij de groep van de Fino’s ingedeeld.
1 streep en 1 punt (raya y punto) = veeleer een krachtige wijn, vlezig en vol, komt van kleihoudende bodem. De wijn wordt bij de Oloroso’s gerangschikt.
2 en 3 strepen zijn niet geschikt voor de Jerezwijn.

De Fino-familie

De wijnen in tonnen die met één streep gemarkeerd zijn, worden tot 15 à 15,5% vol versterkt. De alcoholtoevoeging laat kaamvorming (flor) toe. Die zorgt ervoor dat de wijn langzamer oxideert.
Deze familie wordt eerst in twee stijlen opgedeeld: Fino en Mazanilla. De laatste komt uitsluitend uit Sanlucar de Barrameda. Hij is fijner, ook frisser en eleganter dan de Fino uit Jerez of Puerto de Santa Maria. Dit is te wijten aan een snellere kaamvorming, die door de dubbele werking van de Atlantische Oceaan en de Guadalquivir sterk beïnvloed wordt. Invloeden die bovendien door een westenwind, de “Poniente”, getransporteerd worden.

De Oloroso-clan

Wijnen in tonnen met één streep en één punt worden tot 17,5% vol. versterkt. Deze alcoholsterkte vermijdt dat er kaam gevormd wordt. Bijgevolg oxideren de Oloroso’s dus sneller en intenser dan de Fino’s.

DE LAGERING

De bota, Amerikaanse eikenhouten vaten van 600 l, wordt voor 5/6 gevuld. De lege ruimte vergemakkelijkt de vorming van de kaam (flor) bij de Fino of versnelt de oxidatie bij de Oloroso.

Solera

De techniek van lageren, relatief recent (gaat terug tot in de 2de helft van de 19e eeuw) homogeniseert de productie in de kelders. Er is trouwens geen invloed van jaargangen, noch van terroir. Het is veeleer een duizelingwekkende duik in de wereld van de oxidatief getinte kwaliteitswijnen. De vaten worden in drie, soms vier lagen op elkaar gestapeld. Elke verdieping is een escala. De vaten die op de grond liggen, noemt men solera (van het Spaanse suelo of bodem). Deze laag is met de oudste wijnen gevuld. Van deze rij wordt  er voor de botteling  afgetapt (sacar). De hoeveelheid varieert van 1/3 tot 1/4 van een bota. Deze hoeveelheid afgetapte wijn wordt vervangen door eenzelfde hoeveelheid van de laag erboven of criandera (van criar, Spaans voor opvoeden). De hoeveelheid wijn die weg is in de eerste verdieping wordt nu vervangen door wijn van de 2de verdieping en zo gaat het verder tot de bovenste laag. Die criandera krijgt de jonge wijn van de laatste oogst.

Manzanilla en Fino behouden hun kaam gedurende ten minste 3 jaar. Wanneer de kaamgist vlugger afneemt, gaan Manzanilla en Fino over in het stadium van Manzanilla Passada en Fino Amontillado. Wanneer de flor of kaamgist volledig verdwijnt, worden beiden volstandige Amontillado’s. Het verouderen, nu oxidatief, wordt naargelang het advies van de keldermeester (capataz) al of niet verdergezet.

Een curiosum

Toen de oenologische technieken nog in ontwikkeling waren of zelfs nog niet bestonden, kwam men bij het klasseren soms onverwachte resultaten tegen.
Men botste dan wel eens op een vat met Amontillado  die  eerder op een Oloroso leek. De  capataz gaf dan het vat een bijzonder teken: een streep met een bar door, de Palo Cortado. Deze intermediaire wijn met specifieke smaak kan men vandaag nog in zeer oude vaten aantreffen.

OTROS VINOS

Het Jerez-gebied produceert ook 2 likoreuze wijnen, Pedro Ximenez en Moscatel. De
druiven voor deze twee wijnen worden eerst in de zon gedroogd (soleo-techniek). De zeer geconcentreerde most vergist niet volledig. De wijnen worden al of niet in een solera gelagerd. Als deze wijnen apart gebotteld worden, vermeldt men op het etiket Vino Dulce Natural. In assemblages, zoals Vinos Generosos de Licor, benadrukt men met Pedro Ximenez het zoete exponent (de Vinos Generosos zijn droog). De gradatie van Jerez naar meer en meer zoet (medium, cream en zo voort) hangt af van de hoeveelheid toegevoegde PX.