De ideale temperatuur om een champagne te drinken is bij 6 à 10°C. Oudere champagnes kan je beter tegen een temperatuur van 12°C drinken.
Ideaal is het om de flessen de dag voordien in de koelkast te leggen. Voor het serveren zet je de fles 10 à 15 minuten in een ijsemmer die voor de helft gevuld is met ijsblokjes en tot 3/4 is aangevuld met water. Indien je te weinig water in de ijsemmer doet wordt de fles te koud. Indien je te weinig ijs gebruikt, wordt de fles niet koel genoeg.
Wanneer je om de één of andere reden te laat bent met de champagne te koelen, dan kan je een flinke dosis zout in de ijsemmer strooien. Je fles is dan binnen de 5 minuten gekoeld.
Indien je niet de luxe bezit om je champagne in een ijsemmer te serveren, houdt er dan rekening mee dat een fles ongeveer 1 graad per 10-15 minuten warmer wordt. Na een uurtje op kamertemperatuur is de fles dus 10-14 graden. Bij 14°C is de champagne een pak minder lekker. Wanneer je op voorhand weet dat je champagne gaat serveren en je niet de beschikking hebt over een koeler, dan kan je de ijskast een paar graden kouder zetten zodat de fles beter wordt gekoeld.
Speciale flessenkoelers, zoals de icejackets, die je van te voren in de diepvries hebt gelegd, werken uitstekend om een fles te koelen. Hou wel in het oog dat de fles niet tè koud wordt.
Een champagne fles koelen door ze in de diepvriezer te leggen is echter uit den boze. De fles wordt dan wel ijskoud maar de inhoud, de champagne, is vaak nog te warm. Indien je dit toch zou doen en je laat de fles bevriezen door ze te lang in de diepvriezer te houden, zet de fles dan in de koelkast om ze langzaam op temperatuur te laten komen.
