Inleiding
De wijngaard strekt zich uit over 4 gemeenten in het departement Gard: Lirac, Roquemaure, Saint-Laurent-des-Arbres en Saint-Géniès-de-Comolas op de rechteroever van de Rhône.
Opmerkelijk is dat de AOC aanvankelijk werd verleend voor rosé en later werd uitgebreid voor rood en wit.
Geschiedenis
De wijnbouw is hier al 2000 de bron van inkomsten. In de loop der tijden groeide Roquemaure uit tot een machtige en welvarende havenstad. Van daaruit werden de wijnen van de 'Côte du Rhône' verscheept naar Parijs, Nederland en Engeland.
Het AOC decreet
Lirac is sedert 1947 geklasseerd als AOC voor rode, witte en rosé wijnen.
Het alcoholpercentage moet minstens 11,5% voor rosé en witte wijn en 12% voor de rode wijn bedragen.
De opbrengst mag maximaal 42 hectoliter per hectare opleveren.
De druivenrassen voor de rode en rosé wijn zijn grenache (minstens 40%), cinsault, syrah, mourvèdre en carignan.
De druivenrassen voor de witte wijn zijn clairette (voor aroma), bourboulenc (voor het zuur) en grenache blanc (voor de stevigheid). Daarnaast worden ook kleinschaliger gebruikt: picpoul, viognier, marsanne, roussanne en ugni blanc.
De Wijnen
De rode wijnen hebben een mooie, diepe kleurspiegel, en hebben een fruitig en kruidig boeket. Ze hebben een sterke structuur, zijn mild en evenwichtig. Op latere leeftijd wordt hij breed en vlezig. De rode wijnen zijn krachtig en gul en dus een goede begeleider van rood vlees en wild. Het is een goede bewaarwijn die op enkele jaren tijd een grote elegantie bereikt.
De rosé wijnen hebben een intense en schitterende roze kleur en hebben een neus van bloemen en nadien van rood fruit. Het is een elegante wijn met een goede aanzet die goed harmonieert met de zuiderse keuken. Ze moeten vroeg na de botteling gedronken worden.
De witte wijnen zijn flonkerend lichtgeel en hebben een fris, plantaardig boeket. In de mond is hij levendig, aromatisch en heeft hij een mooie harmonie van rondheid en lengte van afdronk. Ze worden eerder jong gedronken maar kunnen bijzonder aangename verrassingen opleveren bij het verouderen.
De vinificatie van rode wijnen wordt gekenmerkt door een lange maceratie (soms één week) waarna de gisting bij circa 28°C plaatsvindt in roestvrijstaal of in het vat. Daarna wordt de wijn enige tijd opgeslagen op houten vaten.
Rosé's worden gemaakt volgens het saignée principe waarbij enkele uren wordt gemacereerd waarna de gisting gedurende een week plaatsvindt bij een gecontroleerde temperatuur van 20-22°C.
De vinificatie van witte wijnen is klassiek bij lage temperatuur, waarbij wordt geen malolactische gisting toegepast om geen zuur te verliezen.
Er wordt meestal apart per cultivar gevinifieerd. Later vindt dan de assemblage van de wijnen plaats. De wijn mag pas vanaf begin mei na het oogstjaar worden verkocht.
Klimaat
Typisch mediterraan, beperkte neerslag, gemiddeld aantal uren zonneschijn 2.700 per jaar, de mistral is de overheersende wind.
Terroir
Rode terrassen bedekt met rolkeien, löss en lichte zandgronden.
