Inleiding
De Graves wijnen zijn de enige Franse wijnen die de naam van hun bodem dragen: "Las Grabas de Boudeaus", letterlijk "de Graves van Bordeaux". Deze oude, oorspronkelijke benaming wijst op de belangrijke rol die de bodem in de kwaliteit van de Graves wijnen speelt.
Geschiedenis
Ontstaan in de eerste eeuwen van de verovering door de Romeinen, aan de poorten van Burdigala, de oude stad Bordeaux, is het Graves wijnbouwgebied de bakermat van de grote Bordeaux wijnen. Gerenommeerd sinds de Middeleeuwen, kwam het gebied werkelijk tot bloei in de 12de eeuw, na het huwelijk van Eleonora van Aquitanië met Henri Plantagenêt die twee jaar later, in 1154, koning van Engeland werd als Hendrik II, waardoor de export van de Graves wijnen werd bevorderd.
De wijnbouw
De appellation Graves produceert drie soorten wijn: rode wijnen, droge witte wijnen en zoete witte wijnen. De oppervlakte van het wijnbouwgebied is 3 900 ha; waarvan 71% rood en 29% wit. De gemiddelde opbrengst bedraagt 180 000 hl per jaar.
Het initiële decreet van de AOC Graves dateert van 4 maart 1937.
In het noorden van de appellation Graves bevindt zich de gemeentelijke appellation Pessac-Léognan.
Een klassement dat in 1953 werd opgesteld en in 1959 werd vervolledigd, onderscheidt 16 rode en/of witte geklasseerde cru's.
De rode Graves wijnen genieten van een evenwichtige druivenmix waarbij Cabernet voor aroma en structuur en Merlot voor parfum en soepelheid zorgen. Jong ontwikkelen ze aroma's van rood fruit, vergezeld van kruidige, gegrilde toetsen. De rode Graves wijnen zijn elegante, gestructureerde, fijne en aromatische wijnen die harmonieus evolueren.
Ze worden geserveerd bij een temperatuur van 16°C tot 18°C bij gevogelte, wit of rood vlees en kazen.
De witte Graves wijnen zijn elegant en vlezig. Vervaardigt met Sémillon, ontwikkelen ze toetsen van was en honing, maar ook een natuurlijke vetheid die echter geen afbreuk doet aan hun frisheid.
Ze worden koel gedronken, op 10°C, als aperitief, bij gegrilde of in saus bereide vis, salades, schelpdieren of wit vlees. Ook in combinatie met geitenkazen smaken ze heerlijk.
De zoete Graves wijnen hebben een strogele kleur. Ze worden gekenmerkt door een uitgesproken boeket en ontwikkelen op aromatisch vlak gegrilde toetsen, maar ook toetsen van honing en soms wat gedroogde vruchten.
Ze worden gedronken op een temperatuur van 8 tot 10°C bij alle in saus bereide fijne vissoorten, wit vlees, gevogelte, foie gras, blauwe schimmelkaas zoals Roquefort en bij nagerechten zoals sorbet en taart. Alleen geserveerd, vormen ze een elegant aperitief.
Terroir & Klimaat
Het wijnbouwgebied Graves begint in het noordelijke gedeelte bij "La jalle de Blanquefort" ten noorden van Bordeaux en stopt iets achter Langon aan de bovenloop van de Garonne. In het oosten loopt deze rivier volledig langs het wijnbouwgebied, terwijl het in het westen begrensd en beschermd wordt door de naaldbossen van Les Landes. Maar het overgrote deel van de AOC-wijnen Graves is afkomstig uit de zone die zich uitstrekt tussen La Brèse en Langon, rond de appellations Barsac en Zoutere heen.
De bodem is samengesteld uit graves (kiezel- en rolsteen) met een dikte van ongeveer twintig centimeter tot 3 meter en meer. Ze zijn het overblijfsel van de oude loop van de Garonne, die sedert het einde van het tertiaire tijdperk in de loop van de ijstijden geleidelijk veranderde. De gravesbodem weerkaatst de zonnestralen en verdeelt de warmte geleidelijk over de druiventrossen waardoor ze beter kunnen rijpen. De ondergrond is samengesteld uit klei, zand, zandoer (door zwart ijzerhoudend cement verhard zand), kalk en schelpzand. Al deze kenmerken zorgen ervoor dat deze schrale grond, waar geen enkele andere teelt mee gediend zou zijn, de zo typische Graves wijn voortbrengt.
Het klimaat is representatief voor de Girondestreek: matig, zacht met regelmatige neerslag onder invloed van de nabij liggende oceaan en dus gunstig voor de wijnstokken.
Druivensoorten
De Graves wijnen zijn wat men noemt assemblagewijnen. Dit is een typisch principe uit de Bordeauxstreek. Het zijn namelijk wijnen die afkomstig zijn uit een subtiele en variabele mix van verschillende, toegelaten druivenrassen.
Voor de rode wijnen: Cabernet Sauvignon, Merlot, Cabernet Franc. Het gebruik van Petit Verdot, Cot (ook Malbec genoemd) en Carmenère is beperkt.
Voor de witte wijnen: Sauvignon Blanc, Sémillon en Muscadelle.
