Wijnbouw & de opwarming van de aarde

WAT HEEFT DE OPWARMING VAN DE AARDE TOT GEVOLG VOOR DE WIJNBOUW

Een rapport gepubliceerd door de Franse regering geeft aan dat de opwarming van ons klimaat in de komende decennia zal zorgen voor een verschuiving van de oogstbare zones in noordelijke richting.

Klimatologische veranderingen zorgen voor allerlei veranderingen in de wijnbouw. De auteurs van het rapport vragen zich af hoe ze de klimaatveranderingen moeten linken aan de begrippen "terroir" en "AOC". Zal men rekening houden met de nieuwe meteorologische omstandigheden om de voorwaarden tot het behalen van een AOC-notering te herdefiniëren, of volgt er een herlokalisatie van het label?

Wetenschappelijke studies geven aan de gemiddelde wereldtemperatuur in de 20e eeuw steeg met 1,4 à 5,8 graden en dat deze stijging nog steeds verder gaat.

Voor het noordelijk halfrond betekent een toename met 1 graad een verplaatsing van de wijnstreken van 180 km noordwaarts, of de afstand tussen Reims en Charleroi.

De wijngebieden situeren zich momenteel tussen de 25e en 45e breedtegraad, zowel noordelijk als zuidelijk. Dit is echter niet steeds het geval geweest. In de 11e tot de 13e eeuw waren er reeds wijnstokken aangeplant in Zuid-Engeland. Er werd vroeger ook wijn gemaakt in Cambrai, en de Normandische hertogen hadden een wijngoed nabij Caen. In Luik was de bisschop niet weinig fier op de wijnstokken die aangeplant waren op een zone van leisteen, die de stad domineerde. Richard Leeuwenhart bezat een wijngoed nabij het woud van Rockingham, ten noorden van Londen.

Momenteel zijn de grenzen voor de wijncultuur zich duidelijk noordwaarts aan het verplaatsen. Men maakt nu reeds wijn in Nederland en in Engeland. De grote Champagnehuizen zijn sterk in Zuid-Engeland geïnteresseerd, waar men naast een fris en gunstig klimaat, dat bevorderlijk is voor de productie van schuimwijn, ook nog kan beschikken over krijt.

De Noordelijke wijnen zouden dus toekomstgericht wel eens zeer gunstige productievoorwaarden kunnen kennen. Daarentegen zal het Zuidelijk deel van Europa steeds meer af te rekenen hebben met moeilijker omstandigheden als men de huidige druivenrassen wil bewaren.

De planetaire opwarming zal van de wijnbouw een meer riskante onderneming maken op economisch vlak, en de wijnbouwer zal zich moeten aanpassen aan deze nieuwe omstandigheden. Hij kan zich nu reeds laten inspireren door de praktijken zoals toegepast op de wijngebieden met extreme klimaatcondities. Een arsenaal aan middelen staat ter zijner beschikking. Hij kan bijvoorbeeld de aanplantingdichtheid verhogen om de trossen te beschermen tegen verhitting, de wijnstokken dieper laten wortelen, de bodem laten begroeien om de evaporatie van het water te reduceren, aan collectief beheer doen van de watervoorraad, die steeds schaarser zal worden, of kruisingen maken van druivenrassen.